Hoe u een transformatorwindingmachine met PLC-besturing bedient: een stapsgewijze handleiding

Hoe een transformatorwikkelmachine met PLC-besturing te bedienen: een stapsgewijze handleiding

Transformatorwikkelmachines zijn essentieel voor het produceren van efficiënte elektrische transformatoren. Moderne PLC-gestuurde machines, zoals de JC 90Q0 Intelligent Pressure Roller Winding Machine, bieden precisie en gebruiksgemak. Hier is een stapsgewijze handleiding voor het bedienen van dergelijke apparatuur:

1. Voorbereiding en veiligheid:

• Stroom & Omgeving: Zorg ervoor dat de machine is aangesloten op de juiste voeding (AC380V/50Hz voor de JC 90Q0). Controleer een stabiele, schone stroombron en voldoende ventilatie van de werkruimte.

• Machine-inspectie: Controleer visueel op schade, losse onderdelen of vuil. Zorg ervoor dat de veiligheidsvoorzieningen aanwezig zijn. Smeer de punten volgens de handleiding.

• Materiaal laden: Monteer de geëmailleerde draadspoel stevig op de afwikkel-/richtinrichting. Leid de draad correct door de spanners, geleiders en drukwalsen, en zorg voor een soepele toevoer zonder knikken. Laad de kern/bobine op de wikkelspindel en zet deze stevig vast.

• Gereedschapsinstelling: Installeer het juiste gereedschap (doorns, flenzen) op basis van de gewenste spoelvorm (Cirkelvormig, Langwerpig, Elliptisch, Rechthoekig).

2. Programmering van het PLC-besturingssysteem:

• Toegang tot HMI: Schakel de machine in en open de Human-Machine Interface (HMI) touchscreen die is aangesloten op de PLC.

• Invoerparameters: Stel de kritische wikkelparameters in:

  • Draadaanvoellengte: Voer de exacte draadlengte in die nodig is (0-9999 mm).

  • Wikkel snelheid: Stel de rotatiesnelheid in (0-1000 rpm) die geschikt is voor de draaddikte en de benodigde precisie.

  • Draadspanning: Configureer de spanning (0-2,5 kg) om een consistente laagvorming te garanderen zonder de lak uit te rekken of te beschadigen.

  • Wikkelsteek: Definieer de afstand tussen de draaiingen van de draad voor laagconsistentie.

  • Spoelafmetingen: Voer de beoogde axiale hoogte (≤800 mm) en buitendiameter (≤600 mm) in.

  • Wikkelhoek: Stel de traversehoek (0-360°) in indien van toepassing voor specifieke patronen.

• Programma opslaan: Sla de parameterinstelling op als een specifiek programma voor toekomstige identieke wikkelingen.

3. Het wikkelproces uitvoeren:

• Eerste testrun: Voer een korte testrun uit zonder draad of met een zeer lage snelheid om de spindelrotatie, traversebeweging en spannerwerking te controleren.

• Beginnen met wikkelen: Start de geprogrammeerde wikkelcyclus via de HMI. De PLC bestuurt automatisch:

  • Consistente draadaanvoer via de richtinrichting.

  • Nauwkeurige spindelrotatiesnelheid.

  • Gesynchroniseerde traversebeweging voor de geselecteerde hoek en steek.

  • Constante draadspanning.

• Real-time monitoring: Observeer het wikkelproces nauwlettend op de HMI. Controleer parameters zoals de werkelijke draadlengte die is toegevoerd, de huidige snelheid, spanning en het aantal lagen.

4. Kwaliteitscontrole en aanpassing tijdens het proces:

• Visuele controles: Inspecteer de spoel regelmatig op consistente laagvorming, afwezigheid van gaten of overlappingen en de juiste draaduitlijning. Zorg ervoor dat de spanning stabiel blijft.

• PLC-interventie: Als kleine aanpassingen nodig zijn (bijv. lichte spanningsaanpassing, snelheidsverandering), staan de meeste PLC-systemen parameterwijziging tijdens de werking toe zonder te stoppen (binnen veilige grenzen). Grote wijzigingen vereisen meestal een pauze.

5. De cyclus voltooien en uitladen:

• Automatische stop: De machine stopt automatisch wanneer de vooraf ingestelde draadlengte is bereikt.

• Draadeinde vastzetten: Knip de draad af en zet het einde van de spoel vast om het afwikkelen te voorkomen, vaak met tape of een daarvoor bestemde klem op de bobine.

• Spoel uitladen: Verwijder de afgewerkte spoel voorzichtig van de spindel.

• Laagisolatie (indien uitgerust): Als de machine een TIG-laagisolatielasapparaat of foliewikkelbevestiging heeft, volg dan de specifieke procedures om tussenlaagisolatie of folie aan te brengen tijdens het wikkelproces zoals geprogrammeerd.

6. Na de operatie:

• Machine schoonmaken: Verwijder eventuele draadresten, stof of vuil van het machinebed, de geleiders en de rollen.

• Gegevens registreren: Registreer productiegegevens (gebruikt programma, draadlengte, tijd, eventuele problemen) voor traceerbaarheid en kwaliteitscontrole.

• Programma opslag: Sla succesvolle wikkelprogramma's op of archiveer ze op de PLC/HMI voor toekomstige herhaalopdrachten.

Belangrijkste voordelen van PLC-gestuurde werking (JC 90Q0-voorbeeld):

• Precisie & Consistentie: Elimineert menselijke fouten en zorgt ervoor dat elke spoel aan de exacte specificaties voldoet.

• Efficiëntie & Snelheid: Hoge wikkelsnelheden (tot 1000 rpm) en geautomatiseerde processen verhogen de output.

• Flexibiliteit: Eenvoudige herprogrammering via de PLC HMI maakt snelle overgangen tussen verschillende spoeltypen en -maten mogelijk.

• Gebruiksvriendelijk: Intuïtieve touchscreen-interface vereenvoudigt complexe parameterinstellingen.

• Herhaalbaarheid: Opgeslagen programma's garanderen identieke resultaten voor massaproductie.

• Minder afval: Nauwkeurige draadlengtecontrole minimaliseert materiaalafval.

Door deze stappen te volgen en gebruik te maken van het geavanceerde PLC-besturingssysteem, kunnen operators efficiënt en betrouwbaar hoogwaardige transformatorspoelen produceren voor verschillende toepassingen, waardoor het potentieel van geavanceerde apparatuur zoals de JC 90Q0 Transformer Winding Machine wordt gemaximaliseerd. Raadpleeg altijd de handleiding van de fabrikant voor gedetailleerde veiligheidsprocedures en operationele nuances van uw machine.